WELKOM OP MIJN WEBLOG

Dit blog is in de loop der jaren veranderd. Ooit ging het vooral over de bibliotheek, nu gaat het meer over lezen en taal. (Wie denkt: de bibliotheek gaat toch óók over lezen en taal, ziet dat anders dan ik.) Ooit werd het elke dag bijgehouden, nu minder regelmatig. Wat hetzelfde gebleven is: opmerkingen zijn van harte welkom.

dinsdag 23 oktober 2012

Wat ik las 63

Een van de thema's van Paul Auster, zo leerde ik uit wat ik tot nu toe van hem las, is dat alles met alles samenhangt. Het is dus wel in zijn lijn om te denken dat Mr. Vertigo me misschien wel zo beviel omdat ik vroeger in de haven gewerkt heb. Dat heeft te maken met het taalgebruik. Ik weet niet goed hoe ik het moet noemen, sappig, snel, vlot, meeslepend? Het staat dicht bij spreektaal en roept een bepaalde sfeer op. Het is een beetje 'volks'. Het leest 'lekker' en lijkt achter elkaar opgeschreven, maar je voelt toch aan hoe knap het gedaan is. De taal past ook precies bij het verhaal en dat is nou net wat volgens mij een goed boek goed maakt: dat taal en inhoud elkaar versterken.

Het boek is een soort avonturenboek en het probeert geen enkele moraal over te brengen, ik heb hem er althans niet in ontdekt. Ik geloof ook niet dat het in dit boek over de samenhang van gebeurtenissen gaat en daarmee is het anders dan wat ik eerder van Auster las. Wat gebeurt gebeurt, soms zit het mee in het leven, soms zit het tegen, maak er voor zover je kunt het beste van. Wat goed of kwaad is hangt van de omstandigheden af. Een paar mensen kennen op wie je kunt vertrouwen, dat is wel belangrijk. En dat je zelf ook voor een paar mensen te vertrouwen bent. Om iets te bereiken moet je hard werken, maar een portie geluk is nooit weg. Dat is wat je de 'ondergrond' van het boek zou kunnen noemen.

Het verhaal zelf is wonderlijk en afwisselend. Walter Rawley, weesjongen en straatschoffie van negen, woont in St. Louis bij zijn oom en tante die hem uit bedelen sturen en blij zijn dat ze van hem af kunnen komen als een man vraagt of hij Walt mag meenemen. Die man, meester Yehudi, belooft Walt dat hij hem zal leren vliegen. Walt besluit met hem mee te gaan. Yehudi woont in Kansas op een afgelegen boerderij, samen met Aesop, een gehandicapte negerjongen die thuis studeert om later naar de universiteit te kunnen en moeder Sioux, een Indiaanse vrouw die het huishouden doet. Walt moet een traject van drieëndertig trappen doorlopen, de ene beproeving na de andere. Hij wordt levend begraven, van het dak gegooid, moet een hele nacht op een been staan en de volgende op het andere, een week lang kruipen met vastgebonden armen en benen, vierentwintig uur niet praten, zijn eigen duimkootje afhakken, en dat is nog maar een deel van de ellende. Walt laat het allemaal over zich komen, toen de training nog niet begonnen was heeft hij een paar weglooppogingen gedaan, maar nu schikt hij zich en raakt ondanks de harde behandeling gehecht aan meester Yehudi. Wat het met leren vliegen te maken heeft is zowel voor de lezer als voor Walt onduidelijk. Daar gaat het ook helemaal niet meer over.

Maar op een avond, als Walt van narigheid op de vloer ligt te huilen, merkt hij ineens dat hij begint te zweven. Dat is het begin van zijn carrière als levitator. Na veel oefenen treedt hij voor het eerst op op een jaarmarkt. Het is dan 1927 en Walt is 12. Zijn eerste optreden is geen succes, maar later wordt dat beter en na enkele jaren is 'Walt de Wonderjongen' beroemd, treedt op in grote theaters en verdient veel geld. Hij vervolmaakt zijn optreden en stijgt steeds hoger, loopt steeds verder door de lucht en voegt er nieuwe vaardigheden aan toe.

Zijn oom Slim, die hem zo graag kwijt wilde, heeft lucht gekregen van Walts successen en komt een aandeel in de winst opeisen. Als hij dat niet krijgt ontvoert hij Walt en vraagt losgeld. Walt weet te ontsnappen. Zijn loopbaan eindigt als hij in de puberteit komt, hij krijgt dan steeds na zijn optredens vreselijke hoofdpijn en moet er daarom mee stoppen. Meester Yehudi en Walt zijn inmiddels rijk, maar al hun geld wordt gestolen door oom Slim en enkele trawanten, die hen ergens onderweg in onbewoond gebied opwachten en beroven. Yehudi wordt door een kogel van Slim getroffen en kan niet meer verder. Hij vraagt Walt hem dood te schieten maar die weigert dat en dan doet Yehudi het zelf.

Walt gaat Slim opsporen, dat kost hem drie jaar en intussen leeft hij van diefstal en kleine baantjes. Uiteindelijk vindt hij Slim, die nachtwaker is in een illegaal drankpakhuis. Hij vermoordt hem door hem te dwingen een beker melk met strychnine op te drinken. Walt weet Slims baas ertoe te bewegen hem de baan van Slim te geven. Langzaam klimt hij op in het imperium van illegale drank en gokken en verdient genoeg om uiteindelijk een eigen restaurant met dansvloer en theater te kunnen openen, dat hij Mr. Vertigo's noemt en dat aanvankelijk een groot succes is. Maar door dom gedrag raakt hij alles weer kwijt.

Hij gaat in het leger en vecht in WO II, hij trouwt en is gelukkig maar zijn vrouw sterft.  En tenslotte, als hij in de tachtig is, schrijft hij het allemaal op. En dat is dan dit boek.

Aan het eind van zijn leven vraagt Walt zich af of die drieëndertig trappen eigenlijk wel nodig waren om te leren vliegen. Of het moment van levitatie niet ook gewoon had kunnen komen door een flits van inzicht.

   Diep vanbinnen geloof ik niet dat iemand een speciaal talent moet hebben om zich van de grond te verheffen en de lucht in te zweven. We hebben het allen in ons – iedere man en vrouw en ieder kind – en met genoeg inspanning en concentratie is ieder mens in staat de prestaties te herhalen die ik leverde als Walt de Wonderjongen. Je moet leren ophouden met jezelf zijn. Daar begint het mee, en al het andere volgt daaruit. Je moet jezelf laten vervluchtigen. Laat je spieren slap worden, haal adem tot je voelt dat je ziel uit je wegstroomt en sluit je ogen. Dat is de manier. De leegte in je lichaam wordt lichter dan de lucht om je heen. Langzamerhand begin je minder dan niets te wegen. Je sluit je ogen; je breidt je armen uit; je laat jezelf vervluchtigen. En dan, langzamerhand, verhef je je van de grond.
   Ja, zo.

Zo eindigt het boek en er valt misschien best iets symbolisch in te lezen, maar ik zag daar niet direct de noodzaak toe.

4 opmerkingen:

  1. Easy reading is hard writing - wist Hemingway al.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ha Cees,
    Ik had sterk de indruk dat dat voor dit boek ook gold. Dat maakte wel indruk op me, moet ik zeggen. Het lijkt zo achteloos, maar ondertussen.
    Groet, schrvrdzs

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Behalve 'Winterdagboek' heb ik niets gelezen van Paul Auster. Dankzij jouw 'besprekingen' krijg ik in elk geval een idee van zijn werk. Veel dank hiervoor. (Ik zet 'besprekingen' tussen haakjes omdat je meer het verhaal en de sfeer weergeeft; er is geen waardeoordeel, wat wel zo prettig is.)

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ha Piet,
      Soms geef ik toch wel een waardeoordeel hoor, maar dat valt misschien niet zo op. Winterdagboek heb ik ook gelezen, maar daar heb ik niks over opgeschreven.
      Ik ga nog even door met Auster, maar ik moet er bibliothecair gezien wel toeren voor uithalen want Rotterdam heeft niet alles.
      Fijn dat mijn stukjes je een indruk geven, dat doet me genoegen.
      Groet, schrvrdzs

      Verwijderen